IPP (Internet Printing Protocol)

IPP (Internet Printing Protocol) is een op normen gebaseerd systeem waarmee u vanaf een computer op afstand op elke toegankelijke printer kunt afdrukken. De printer is meestal aangesloten op een computer of ander apparaat dat als IPP-server dient.

Client-computers hebben een compatibel IPP-clientprogramma nodig. Windows 2000 en XP bevatten een geschikte IPP-client. Voor andere versies van Windows wordt op de cd van de Wireless USB Print Server een clientprogramma meegeleverd. De client moet ook het IP-adres of de URL van de IPP-server kennen.

De IPP-server configureren

De printserver bevat de noodzakelijke firmware zodat deze als IPP-server kan dienen. Er is geen aanvullende configuratie noodzakelijk. Er moet echter wel aan de volgende vereisten worden voldaan.

 

De IPP-clients configureren

  1. Voer het programma Add IPP Port (IPP-poort toevoegen) dat tijdens de installatie is aangemaakt uit. Er wordt nu een venster weergegeven dat op het venster hieronder lijkt.


  2. Als u vanaf uw locatie via een proxyserver toegang tot het internet krijgt, dient u Access IPP server via Proxy Server (Toegang tot IPP-server via proxyserver) te selecteren. Voer vervolgens de informatie van uw proxyserver in. (Deze is gelijk aan uw browserconfiguratie.)
  3. Voer het IP-adres of de URL van de IPP-server in.
  4. Klik op Select Device Port (Apparaatpoort selecteren) om de beschikbare poorten op de IPP-server weer te geven en selecteer de juiste poort. Op dit punt wordt er een verbinding met de IPP-server tot stand gebracht.
  5. Klik op Save (Opslaan) om de IPP-poort op uw systeem aan te maken. U ziet nu een bericht dat bevestigt dat de poort is aangemaakt. Vervolgens verschijnt het volgende dialoogvenster:

  6. Voer één van de volgende stappen uit:

De installatie is nu compleet. Herhaal de gehele procedure om extra IPP-poorten aan te maken. De proxyserver en andere opties worden voor elke IPP-poort afzonderlijk ingesteld.

De instellingen van de IPP-poort wijzigen

Voer als de IPP-poort is aangemaakt de volgende stappen uit:

  1. Klik in Windows op Start en selecteer Instellingen. Klik vervolgens op Printers.
  2. Klik met de rechtermuisknop op de IPP-printer en selecteer Eigenschappen.
  3. Klik op Poortinstellingen (in het tabblad Details of Poort, afhankelijk van uw versie van Windows).

Er zijn twee instellingen mogelijk: Retry Interval (Interval voor opnieuw proberen) en Retry Count (Aantal nieuwe pogingen). Deze instellingen kunnen worden aangepast als u problemen hebt bij het verbinden met de IPP-server.

De IPP-clients installeren - Windows 2000/XP

Windows 2000 en XP hebben hun eigen IPP-client en de meegeleverde IPP-clientsoftware hoeft niet te worden geïnstalleerd. Als u de Windows IPP-client met de printserver wilt gebruiken, volgt u deze procedure:

  1. Start de wizard Nieuwe printer toevoegen.
  2. Selecteer Netwerkprinter en klik op Volgende om het venster De printer zoeken te openen, zoals hieronder afgebeeld.

  1. Selecteer Verbinding maken met een printer op het Internet of in uw intranet en voer de URL van de IPP-server als volgt in, waarbij ip_adres het IP-adres van de IPP-server vertegenwoordigt en 631 het poortnummer is.
Poort 1 ip_address:631/ipp/P1
Deze items zijn hoofdlettergevoelig. Voer deze items in zoals afgebeeld, met 'ipp' in kleine letters en 'P1' in HOOFDLETTERS.
  1. Als de verbinding tot stand kan worden gebracht en de printer op die poort online is, wordt het volgende dialoogvenster weergegeven:

  2. Klik op OK en selecteer de printerfabrikant en het model van de printer die op de poort op de IPP-server is aangesloten.
  3. Klik op Volgende en voltooi de wizard. De IPP-printer is nu gereed voor gebruik.

De IPP-printers gebruiken

Een IPP-printer kan zoals elke andere Windows-printer worden geselecteerd en gebruikt. Als de IPP-server niet op uw netwerk staat, dient uw internetverbinding actief te zijn.

Als u de meegeleverde IPP-clientsoftware gebruikt, kunt u het met Add IPP Port (IPP-poort toevoegen) geïnstalleerde programma Query IPP Printer (IPP-printer testen) gebruiken om de beschikbaarheid van de externe IPP-server te controleren.

Een IPP-server kan om een of meer van de volgende redenen niet beschikbaar zijn:

Als u de meegeleverde IPP-clientsoftware gebruikt, zijn er twee instellingen mogelijk: Retry Interval (Interval voor opnieuw proberen) en Retry Count (Aantal nieuwe pogingen). Deze instellingen kunnen worden aangepast als u problemen hebt bij het maken van verbinding met de IPP-server.

Zie het gedeelte De instellingen van de IPP-poort wijzigen op deze pagina voor meer informatie.