Beveiligingsinstellingen

Op de pagina Security (Beveiliging) kunt u de beveiligingsinstellingen van de router zoals de draadloze beveiliging, opties voor het filteren van MAC-adressen en aanmeldingsgegevens configureren en wijzigen.

Aanmelden bij de router

In dit gedeelte worden de momenteel aan de router toegewezen gebruikersnaam en het wachtwoord weergegeven. Als u de gebruikersnaam en/of het wachtwoord wilt wijzigen, dient u de nieuwe gebruikersnaam en/of het nieuwe wachtwoord in te voeren. Klik vervolgens op Save (Opslaan) onderaan de pagina. Meld u aan bij de router met de nieuwe gebruikersnaam en het nieuwe wachtwoord.

Regels voor wachtwoorden:

  1. Het wachtwoord van de Wireless Ndx Router mag maximaal 15 tekens lang zijn. De veiligste wachtwoorden zijn tussen de 8 en 15 tekens lang.

  2. Het wachtwoord van de router mag een spatie en andere leestekens bevatten.

  3. Gebruik een mengeling van hoofdletters (A t/m Z) en kleine letters (a t/m z).

  4. Cijfers (0 t/m 9 ) maken het wachtwoord nog veiliger.

  5. Gebruik ook ASCII-symbolen, zoals ~, ! @, #, $, %, &, ^, *, etc., om het wachtwoord extra te beveiligen.

 

Draadloos

In dit gedeelte kunt u de draadloze beveiligingsfuncties inschakelen. USRobotics beveelt ten zeerste aan de draadloze beveiliging in te schakelen zodat onbevoegde clients geen toegang tot uw netwerk kunnen krijgen. Alle draadloze apparaten die u op het netwerk wilt aansluiten, moeten dezelfde beveiligingsinstellingen hebben, inclusief de coderingstekenreeks of de sleutel die u gebruikt om uw draadloze netwerk te beveiligen.

Opmerking: om uw draadloze netwerk optimaal te beveiligen, raden we u aan bij de draadloze beveiligingsinstellingen de draadloze beveiligingsmethode WPA2 and WPA (PSK) (WPA2 en WPA (PSK)) of WPA2 and WPA with 802.1x (RADIUS) (WPA2 en WPA met 802.1x (RADIUS)) te selecteren en TKIP and AES (TKIP en AES) in te stellen voor de codering.


Selecteer bij Method (Methode) de coderingsmethode die op het draadloze netwerk moet worden gebruikt. Selecteer een van de volgende methodes en voer de coderingstekenreeks of sleutel in:

Opmerking: niet alle draadloze clients ondersteunen AES-codering bij gebruik van WPA (PSK)-beveiliging. TKIP-codering met WPA (PSK) wordt door de meeste draadloze clients ondersteund. U kunt WPA (PSK)-beveiliging met de codering TKIP and AES (TKIP en AES) aan de router toewijzen zodat zowel AES- als TKIP-clients worden ondersteund.

Opmerking: niet alle draadloze clients ondersteunen AES-codering bij gebruik van WPA (PSK)-beveiliging. TKIP-codering met WPA wordt door de meeste draadloze clients ondersteund.

Opmerking: het wordt afgeraden de instelling None (Geen) te gebruiken omdat het netwerk kwetsbaar is voor schadelijke aanvallen van buitenaf als er geen codering wordt gebruikt.

 

MAC-filter

In dit gedeelte kunt u met behulp van MAC-adressen aangeven welke draadloze apparaten al dan niet verbinding met de router mogen maken. Het MAC-adres wordt doorgaans vermeld op een etiket van het externe draadloze product of in het configuratiehulpprogramma van de draadloze client, afhankelijk van het draadloze apparaat dat u gebruikt.

Via de configuratiepagina's van de router kunt u toegang tot de router op basis van MAC-adressen configureren. Dit doet u met de knop Allow Current Clients (Huidige clients toelaten) of door een toe te passen filterniveau op te geven:

Opmerking: klik nadat u de wijzigingen hebt doorgevoerd op Save (Opslaan) om de nieuwe instellingen op te slaan en de router opnieuw op te starten.