Problemen met de ping-procedure oplossen

Als u tijdens de ping-procedure geen antwoord ontvangt met de mededeling dat de ping-opdracht is geslaagd, is het adres dat u wilt pingen veranderd en veroorzaakt dit een conflict of is dit niet meer beschikbaar. Controleer het adres op de configuratiepagina's en breng via de paneelmodus de nodige correcties aan. Ga na het aanbrengen van de nodige correcties verder met de ping-procedure.

  1. Activeer als volgt een opdrachtregel:

    Windows Vista:

    1. Klik in Windows op Start.
    2. Voer Opdrachtprompt in het veld Zoeken in en druk op ENTER.
    3. Dubbelklik in de lijst met resultaten op Opdrachtprompt.

    Alle andere Windows-besturingssystemen:

    1. Klik in Windows op Start > Uitvoeren.
    2. Voer cmd in en klik op OK.
  2. Voer ipconfig /all in en druk op ENTER.

    De IP-configuratie wordt weergegeven, inclusief de onderstaande waarden:

    IP Address: 192.168.2.2
    Subnet Mask: 255.255.255.0
    Default Gateway: 192.168.2.1 (dit is de standaard gateway van uw LAN)
    DNS Server: 192.168.2.1



    Als u geen informatie voor de verbinding met de Ethernet-adapter ziet, communiceert uw computer niet met de Ethernet-adapter.

    Als u een bericht ontvangt dat er geen verbinding met uw media is, communiceert uw computer met de adapter, maar heeft deze geen IP-adres van de router ontvangen. Controleer of de draadloze beveiligingsinstellingen van de adapter overeenkomen met de draadloze beveiligingsinstellingen van de router.

    Controleer als u als IP-adres 196.254 of 0.0.0.0 hebt of de draadloze beveiligingsinstellingen van de adapter overeenkomen met de draadloze beveiligingsinstellingen van de router. Herstel de netwerkverbinding op uw computer.
  1. Voer Ping 127.0.0.1 in en druk op ENTER. Dit is het adres van de lokale host-computer en garandeert dat het TCP/IP-protocol correct is geïnstalleerd en naar behoren werkt. Als u geen antwoord op deze ping krijgt, dient u het TCP/IP-kader voor uw besturingssysteem te installeren. Raadpleeg de documentatie bij het besturingssysteem voor informatie over de installatie van het TCP/IP-kader.

  2. Voer Ping gevolgd door het IP-adres dat u in stap 3 hebt genoteerd in en druk op ENTER. Op deze manier weet u zeker dat uw pc op verzoeken reageert. Als u geen antwoord op deze ping krijgt, dient u te controleren of alle kabels juist zijn aangesloten en of de juiste drivers zijn geïnstalleerd.

  3. Voer Ping gevolgd door het IP-adres van het LAN in. Dit is de standaard gateway die u in stap 3 hebt genoteerd. Druk op ENTER. Op deze manier controleert u de communicatie met uw gateway of draadloze router. Zo controleert u of u verbinding met de router kunt maken. Als u verbinding met de router kunt maken, kunt u naar de configuratiepagina's gaan en de instellingen configureren. Als u geen antwoord op deze ping krijgt, dient u te controleren of de stekker van de voedingskabel van de router in het stopcontact zit en of deze juist op de computer is aangesloten.

  4. Voer Ping gevolgd door het WAN IP-adres van uw router in. Dit is niet hetzelfde adres als de standaard gateway voor uw LAN uit stap 3. Raadpleeg de documentatie bij uw router om te bepalen waar u deze informatie kunt vinden. Met deze procedure controleert u of u toegang tot het internet hebt.

  5. Voer Ping gevolgd door het adres van de DNS-server dat u in stap 3 hebt genoteerd in en druk op ENTER. Op deze manier kunt u geldige internet-hostnamen omzetten in IP-adressen en controleren of u verbinding met het internet hebt.

Terug naar de pagina Problemen oplossen