Een virtuele server stelt u in staat om binnenkomend verkeer vanaf het internet (geïdentificeerd door protocol en externe poort) naar een interne server met een particulier IP-adres op het LAN te leiden. Indien u een externe poort wilt converteren, dient u een interne poort in te voeren.
Voer een van de volgende stappen uit:
Een virtuele server toevoegen voor een algemene toepassing:
Selecteer de optie Select a service (Een service selecteren) en kies de toepassing in de vervolgkeuzelijst.
Voer bij Server IP address (IP-adres server) het IP-adres van de server in.
Klik op Apply (Toepassen).
Een aangepaste virtuele server toevoegen:
Selecteer de optie Custom server (Aangepaste server) en voer de naam van de service in.
Voer bij Server IP address (IP-adres server) het IP-adres van de server in.
Voer bij External Port Start (Externe poort, begin) en External Port End (Externe poort, eind) de externe begin- en eindpoort in, selecteer bij Protocol (Protocol) het protocol en voer bij Internal Port Start (Interne poort, begin) en Internal Port End (Interne poort, eind) de interne begin- en eindpoort voor de service in.
Zie de pagina Tutorials voor een gedetailleerd voorbeeld van het opzetten van een virtuele server.
Opmerking: indien u een DMZ-host instelt, gaan alle pakketten bestemd voor adressen anders dan die op deze pagina zijn gespecificeerd naar een toegewijde DMZ-computer.
Als u een virtuele server wilt verwijderen, dient u het selectievakje in de kolom Remove (Verwijderen) bij de juiste regel in de tabel in te schakelen en op de knop Remove (Verwijderen) te klikken.
Terug naar de opties van menu Security (Beveiliging).