Afdrukmethoden

De Wireless USB Print Server ondersteunt een aantal afdrukmethoden:

Welke afdrukmethode moet ik gebruiken?

Netwerkprotocollen controleren (Windows 9x)

Het TCP/IP- of het NetBEUI-protocol dient op uw computer te zijn geïnstalleerd. (In alle versies van Windows na Windows 95 is TCP/IP standaard geïnstalleerd.)

Als u Peer-to-Peer-afdrukken gebruikt, controleert het installatieprogramma dit voor u. Als u andere methodes gebruikt, dient u deze instellingen handmatig te controleren. Ga als volgt te werk:

  1. Klik in Windows op Instellingen. Klik vervolgens op Configuratiescherm en op Netwerk. U krijgt nu een scherm te zien dat hierop lijkt:



    De bovenste regel in de lijst (NetBEUI -> PCI Fast Ethernet Adapter) geeft aan dat het NetBEUI-protocol op deze computer is geïnstalleerd. Uw computer geeft de naam van uw netwerkkaart weer, in plaats van 'PCI Fast Ethernet Adapter'.

    De gemarkeerde regel (TCP/IP -> PCI Fast Ethernet Adapter) geeft aan dat TCP/IP is geïnstalleerd. Uw computer geeft de naam van uw netwerkkaart weer, in plaats van 'PCI Fast Ethernet Adapter'.
  2. Als geen van beide regels aanwezig is, dient u het NetBEUI protocol te installeren. Klik op Toevoegen en Protocol. Klik vervolgens op Microsoft. Klik op NetBEUI en op OK. Mogelijk wordt u nu gevraagd om uw Windows-cd te plaatsen. Voor dit protocol is geen configuratie nodig.

    Indien nodig kunt u ook TCP/IP installeren. TCP/IP kan afhankelijk van uw LAN-omgeving echter aanvullende configuratie vereisen.
  3. Als een van beide protocollen reeds is geïnstalleerd, gaat u verder met de installatie.

Windows Peer-to-Peer-afdrukken

Bij deze afdrukmethode worden de afdruktaken op uw computer opgeslagen (wachtrij) en vervolgens naar de Wireless USB Print Server verzonden zodra deze beschikbaar is.

Voor Windows 2000 en XP is geen aanvullende software nodig.

Voor andere versies van Windows dient de meegeleverde Peer-to-Peer (PTP)-printerpoortsoftware op elke computer te worden geïnstalleerd.

Installatie Windows 2000/XP

Het wordt aanbevolen LPR als afdrukmethode te gebruiken.

  1. Open de map Printers, klik met de rechtermuisknop op de gewenste printer en selecteer Eigenschappen.
  2. Selecteer het tabblad Poorten en klik op Poort toevoegen.
  3. Selecteer Standaard TCP/IP-poort en klik op Nieuwe poort.

  4. Op het scherm Standaard TCP/IP-printerpoort toevoegen voert u het IP-adres van de printserver in het veld Naam of IP-adres printer in. Klik vervolgens op Volgende.

  5. Selecteer Aangepast op dit scherm en klik op Instellingen.

  6. Selecteer op het scherm met poortinstellingen LPR in het gedeelte Protocol. Voer een Wachtrijnaam in (L1 voor de USB-poort). Controleer of de instelling Tellen LPR-bytes ingeschakeld op Ingeschakeld staat. Klik op OK om de wijzigingen te bevestigen en dit scherm te sluiten.

  7. Volg de aanwijzingen op om de wizard te voltooien.

Installatie Windows 9x/ME

Voordat u de volgende procedure uitvoert, dient de Wireless USB Print Server zoals beschreven in het gedeelte Installatie op uw LAN te zijn geïnstalleerd en geconfigureerd. De Wireless USB Print Server en de hierop aangesloten printer moeten allebei op AAN staan.

  1. Plaats de installatie-cd van U.S. Robotics in het cd-rom-station.
  2. Klik op Additional Installs (Overige installaties) en selecteer User (Gebruiker).
  3. Volg de aanwijzingen op om de installatie van het Peer-to-Peer-printerstuurprogramma te voltooien.
  4. Vervolgens wordt de Printer Port Setup (Printerpoort-setup) opgestart.

Daarna kunt u in Windows op Start > Programma's > U.S. Robotics Print Server > Printer Driver Setup (Printerstuurprogramma) klikken om het programma opnieuw uit te voeren.

Installatie Peer-to-Peer (PTP)-printerpoort

  1. Het programma zoekt op het netwerk naar printerservers en er verschijnt een scherm dat lijkt op het scherm hieronder. Klik indien gewenst op Vernieuwen om de lijst bij te werken. Indien mogelijk wordt de naam van de aangesloten printer weergegeven. Controleer als er Geen printer wordt weergegeven of de printer goed is aangesloten en is ingeschakeld.


    Voer als uw Wireless USB Print Server niet in de lijst staat de volgende stappen uit:

  2. Selecteer de gewenste poort op een Wireless USB Print Server en klik op Volgende. Vervolgens verschijnt er een bericht dat de poort is aangemaakt.



    Als de onderstaande foutmelding verschijnt, dient u Internet Explorer 4 of hoger te installeren of het gedeelte Problemen oplossen te raadplegen.
  3. De printerpoort wordt aangemaakt en er verschijnt een scherm dat lijkt op het scherm hieronder.

  4. Selecteer de juiste Windows-printer in de lijst Bestaande printers en klik op Verbinding maken.

    Als het juiste type printer niet wordt vermeld, dient u op Nieuwe printer toevoegen te klikken om de wizard Printer toevoegen van Windows uit te voeren. Voer de volgende stappen van de wizard uit en installeer de vereiste printer:
  1. De installatie is voltooid en u kunt nu via deze printer afdrukken.

Herhaal stap 1 t/m 4 om meerdere printers te installeren.

Klik als u dit programma in de toekomst wilt uitvoeren eerst op Start en vervolgens op Programma's (dit kan enigszins verschillen, afhankelijk van uw versie van Windows). Klik op Print Server Utility en op Print Driver Setup (Setup printerstuurprogramma).

Opmerking: als u de Epson Spooler Manager gebruikt, dient u dit programma als volgt uit te schakelen:
1. Voer de Epson Spooler Manager uit.
2. Selecteer Queue Setup (Instellingen wachtrij) in het menu.
3. Klik op Use Print Manager for this port (Print Manager voor deze poort gebruiken).
4. Klik op OK om af te sluiten.

Peer-to-Peer (PTP)-printerpoortbeheer

Afdruktaken kunnen net als op elke Windows-printer worden beheerd. Open de map Printers door op Start te klikken. Klik vervolgens op Instellingen en Printers (dit kan enigszins verschillen, afhankelijk van uw versie van Windows). Dubbelklik op een willekeurige printer om de huidige afdruktaken weer te geven.

Als de op de Wireless USB Print Server aangesloten printer is veranderd, dient u dit programma nogmaals uit te voeren en de juiste printer te selecteren.

Gebruik om een poort die met dit installatieprogramma is aangemaakt te verwijderen de Windows-optie Poort verwijderen:

  1. Klik met de rechtermuisknop op een willekeurige printer in de map Printers en selecteer Eigenschappen.
  2. Zoek de poort en klik op Poort verwijderen. Deze knop vindt u op het tabblad Details of Poorten, afhankelijk van uw versie van Windows.

Als het IP-adres van de Wireless USB Print Server is veranderd en u niet meer kunt afdrukken, dient u de poort (zie de procedure hierboven) te verwijderen en deze opnieuw te installeren.

Geavanceerde opties voor de Peer-to-Peer (PTP)-printerpoort

Voer de volgende stappen uit om toegang tot de Peer-to-Peer-afdrukopties te krijgen.

Klik op Start, Instellingen en Printers (dit kan enigszins verschillen, afhankelijk van uw versie van Windows) om de map Printers te openen. Klik met de rechtermuisknop op de printer en selecteer Eigenschappen. Deze knop vindt u op het tabblad Details of Poorten, afhankelijk van uw versie van Windows. Klik op Poortinstellingen.

Hieronder ziet u een voorbeeldscherm:

De volgende items worden op dit scherm weergegeven:

Poort: klik indien gewenst op Bladeren om een andere Wireless USB Print Server te selecteren. Als het geselecteerde apparaat meerdere poorten heeft, kunt u de poort selecteren met de knop Apparaatpoort selecteren. Na de installatie kan de poortnaam niet meer worden gewijzigd. Deze naam wordt bij de printereigenschappen weergegeven.

Banner: selecteer deze optie om voorafgaand aan elke afdruktaak een banner-pagina af te drukken.

Interval voor opnieuw proberen: hiermee stelt u in hoe vaak Windows probeert verbinding met de Wireless USB Print Server te maken als de printer bezet is. Maak deze waarde groter als u teveel waarschuwingsberichten krijgt.

Windows SMB-afdrukken

Voor deze methode hoeft geen aanvullende software te worden geïnstalleerd. Het NetBEUI- of TCP/IP-protocol dient wel op uw computer te zijn geïnstalleerd. Gebruik de volgende procedure als u de printer van de Wireless USB Print Server als Windows SMB-netwerkprinter wilt installeren:

  1. Dubbelklik op het pictogram Netwerkomgeving op het bureaublad.
  2. Klik in het menu Beeld op Details.
  3. Bepaal de plaats van de gewenste Wireless USB Print Server, zoals hieronder afgebeeld:

  1. Dubbelklik op het pictogram van de Wireless USB Print Server om een printerpictrogram voor elke printerpoort weer te geven. In het opmerkingenveld wordt mogelijk aangegeven welk type printer op de poort is aangesloten.
  2. Klik om een printer te installeren met de rechtermuisknop op het pictogram van de juiste printer en selecteer Installeren. Vervolgens wordt de wizard Printer toevoegen gestart.

  3. Volg de aanwijzingen op het scherm op om de installatie te voltooien.
  4. Selecteer de printerfabrikant en het model voor printer die op deze poort op de Wireless USB Print Server is aangesloten en voltooi de wizard.
  5. Deze printer verschijnt nu in de map Printers en kan net als elke andere printer worden gebruikt. SMB-afdrukken is echter niet geschikt voor grote en complexe afdruktaken. Gebruik daarvoor Peer-to-Peer-afdrukken.

Windows met op de server geplaatste afdrukwachtrijen

Als de wachtrij op de server staat, is de printserver op een bestaande netwerkserver geïnstalleerd (Windows, Unix of Netware) en niet op uw computer. Als uw netwerkbeheerder dit systeem gebruikt, dient elke Windows-client op de volgende manier te worden geïnstalleerd:

  1. Klik in Windows op Start, Instellingen en Printers (dit kan enigszins verschillen, afhankelijk van uw versie van Windows) om de map Printers te openen.
  2. Selecteer als daar om wordt gevraagd Netwerkprinter.
  3. Gebruikers van Windows 98 en ME dienen als er om Netwerkpad of naam van afdrukwachtrij wordt gevraagd op Bladeren te klikken. Gebruikers van Windows 2000/XP laten het veld leeg en klikken op Volgende.

    Windows 98/ME:



    Windows XP:


  4. Blader door het netwerk en selecteer de plaats van de server en de printer (of de afdrukwachtrij) die uw netwerkbeheerder aanbeveelt.
  5. Klik op OK en vervolgens op Volgende.
  6. Selecteer op advies van uw netwerkbeheerder de juiste printerfabrikant en het model en klik op Volgende.
  7. Volg de aanwijzingen op om de wizard te voltooien.

De nieuwe printer wordt nu bij alle andere geïnstalleerde printers vermeld en kan worden geselecteerd als u vanuit een willekeurige Windows-toepassing wilt afdrukken.