De router installeren

Stap één: uw router aansluiten

1. Sluit uw DSL- of kabelmodem op de router aan:

   1. Schakel uw computer en uw modem uit.

   2. Sluit de meegeleverde antenne op de achterzijde van de router aan.

   3. Voer een van de volgende stappen uit:
      
      Als uw modem met een Ethernet-kabel op uw computer is aangesloten: zoek de Ethernet-kabel waarmee uw DSL- of kabelmodem op de Ethernet-poort van uw computer is aangesloten en koppel deze kabel alleen los van de computer. Koppel de kabel niet los van uw DSL- of kabelmodem.
      
      
      
      
      
      Als uw modem met een USB-kabel op uw computer is aangesloten: koppel de USB-kabel los van zowel de modem als uw computer. U hebt naast de Ethernet-kabel die met de router is meegeleverd nog een Ethernet-kabel nodig. Sluit één uiteinde van de Ethernet-kabel aan op de Ethernet-poort aan de achterzijde van uw DSL- of kabelmodem.
      
      
      

   Opmerking: de USB-poort van de router is alleen bedoeld voor de aansluiting van een USB-printer. Sluit uw modem niet op de USB-poort van de router aan. Raadpleeg Een USB-printer installeren voor meer informatie over de aansluiting van een USB-printer op uw router.

   4. Sluit het vrije uiteinde van de Ethernet-kabel aan op de WAN-poort op de achterzijde van de router.
      
      

2. Sluit de router op uw computer en de bekabelde netwerkapparatuur aan:

   1. Sluit één uiteinde van de meegeleverde Ethernet-kabel aan op de Ethernet-poort van de computer.
   2. Sluit het andere uiteinde aan op een van de LAN-poorten van de router.
      
      

Opmerking: als u een Wireless MAXg PC Card, PCI Adapter of USB Adapter op de computer installeert, hoeft deze niet met een Ethernet-kabel op de router te worden aangesloten.

3. Schakel het netwerk in:

1. Schakel uw modem in. Wacht totdat de lampjes op de modem zonder onderbreking branden voordat u de router inschakelt.

2. Sluit de meegeleverde voedingskabel op de 9VDC-poort van de router aan.




3. Sluit de netvoedingsadapter aan op een gewoon stopcontact.
   

Opmerking: dit apparaat dient van voeding te worden voorzien via een voedingseenheid van klasse 2 met een vermogen van 9 VDC/1200 mA die rechtstreeks op het stopcontact wordt aangesloten.

4. Schakel uw computer in.

Stap twee: de standaard verbindingsinstellingen configureren

1. Start uw webbrowser.

2. Voer 192.168.2.1 op de locatie- of adresregel in en druk op ENTER om de configuratiepagina's van de router te openen.

Opmerking: het standaard IP-adres van de router is 192.168.2.1.

3. Klik op Start (Start). De installatiewizard leidt u door de configuratie van de standaard instellingen van de router.
   

Opmerking: druk als bij het openen van de configuratiepagina's van de router het bericht verschijnt dat een pagina niet kan worden gevonden op de knop Terug in uw webbrowser of vernieuw de pagina.

4. De installatiewizard zoekt automatisch naar uw internetverbinding. Voer als hier om wordt gevraagd bij Internet Login (PPoE) (Internetaanmelding (PPPoE)) de betreffende gebruikersnaam en het wachtwoord in en klik op Next (Volgende).
   
   
   
   Controleer als de router uw internetverbinding niet automatisch detecteert de voedingskabel en controleer of alle Ethernet-kabels juist zijn aangesloten. Hiermee bedoelen we ook de kabels die de router, de modem en alle computers in het netwerk met elkaar verbinden. Controleer ook of uw internetverbinding juist werkt. Klik vervolgens op Detect Connection (Verbinding detecteren) totdat het scherm Internet Connection Configured (Internetverbinding geconfigureerd) wordt weergegeven.
   
   Als de router nog steeds geen verbinding kan maken, kunt u de gegevens van uw internet service provider (ISP) handmatig invoeren. Raadpleeg De installatiewizard detecteert mijn internetverbinding niet voor meer informatie.

5. Klik op Next (Volgende).

6. Voer bij Network Name (SSID) (Netwerknaam (SSID)) de netwerknaam in, selecteer bij Method (Methode) een beveiligingsmethode en voer de draadloze beveiligingsinstellingen van de router in. Klik vervolgens op Next (Volgende).

   

Opmerking: om uw draadloze netwerk optimaal te beveiligen, raden we u aan de draadloze beveiligingsmethode WPA2 and WPA (PSK) (WPA2 en WPA (PSK)) te selecteren en TKIP and AES (TKIP en AES) in te stellen voor de codering.

7. Voer bij User name (Gebruikersnaam) een gebruikersnaam en bij Password (Wachtwoord) een wachtwoord voor de router in en klik op Finish (Voltooien).

   Opmerking: in deze stap van de installatiewizard maakt u de gebruikersnaam en het wachtwoord aan waarmee u zich bij de router kunt aanmelden. Gebruik deze gebruikersnaam en dit wachtwoord wanneer u zich bij de router wilt aanmelden. De gebruikersnaam en het wachtwoord zijn hoofdlettergevoelig.

Regels voor wachtwoorden:

• Het wachtwoord mag maximaal 15 tekens lang zijn. De veiligste wachtwoorden zijn tussen de 8 en 15 tekens lang.
• Het wachtwoord van de router mag een spatie en andere leestekens bevatten.
• Gebruik een mengeling van hoofdletters (A t/m Z) en kleine letters (a t/m z).
• Cijfers (0 t/m 9 ) maken het wachtwoord nog veiliger.
• Gebruik ook ASCII-symbolen, zoals ~, !, @, #, $, %, &, ^, *, etc., om het wachtwoord extra te beveiligen.

8. Na de eerste configuratie gaat de router naar de pagina Status (Status).

9. Als u een draadloze verbinding met uw netwerk tot stand brengt, kunt u de Ethernet-kabel van de router en uw computer loskoppelen. Installeer vervolgens de draadloze adapter en breng een verbinding met uw router tot stand. Raadpleeg voor instructies bij de installatie van de draadloze adapter de documentatie van de draadloze adapter.

Gebruikers van het Point-to-Point Tunneling Protocol (PPTP)

Als uw ISP een PPTP-verbinding gebruikt, dient u de volgende extra stappen uit te voeren om de installatieprocedure te voltooien en een internetverbinding tot stand te brengen. Neem contact op met uw ISP als u vragen over de verbindingsinstellingen hebt.

1. Klik in de configuratiepagina's van de router op het tabblad Internet (Internet) en ga naar het gedeelte Point-to-Point Tunneling (PPTP) (Point-to-Point Tunneling (PPTP)).

2. Vink het vakje bij My ISP uses a PPTP connection (Mijn ISP gebruikt een PPTP-verbinding) aan.

3. Selecteer als uw ISP Point-to-Point Tunneling (PPTP) gebruikt My ISP uses a PPTP connection (Mijn ISP gebruikt een PPTP-verbinding). Voer vervolgens het domein of het IP-adres van uw PPTP-server in het veld Server (Server) in en voer de gebruikersnaam bij User name (Gebruikersnaam) en het wachtwoord van uw ISP bij Password (Wachtwoord) in. Als uw ISP een specifieke verificatiemethode gebruikt, dient u de relevante selectievakjes in of uit te schakelen.
   
   

4. Klik als u klaar bent op Save (Opslaan). De router start opnieuw op. U dient nu verbinding met het internet te hebben. Op de pagina Status (Status) kunt u informatie over de verbinding vinden.

Een back-up van de configuratie-instellingen maken

Een back-up maakt het gemakkelijker om uw configuratie-instellingen opnieuw toe te passen nadat u om welke reden dan ook de fabrieksinstellingen van de router hebt hersteld. USRobotics beveelt u aan nu een back-up van de instellingen te maken.

1. Klik in de configuratiepagina's van de router op het tabblad Device (Apparaat) en ga naar Back Up Settings (Back-up van instellingen maken).

2. Selecteer Back Up (Back-up maken).

3. Het systeem vraagt u of u het bestand wilt opslaan of openen. Klik op Save (Opslaan).

U hebt de installatieprocedure met succes voltooid. Registreer uw router op www.usr.com/productreg/.